verstalen

Conjugations List of Verstalen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikverstaalverstaaldeheb verstaald
jij, je, uverstaaltverstaaldehebt verstaald
hij, zij, hetverstaaltverstaaldeheeft verstaald
wijverstalenverstaaldenhebben verstaald
jullieverstalenverstaaldenhebben verstaald
zij, zeverstalenverstaaldenhebben verstaald

Presens

Example presens sentences for Verstalen with some of the pronouns.

  • Ik verstal
  • Jij verstaalt
  • Hij/Zij/Het verstalt
  • Wij/U verstalen
  • Zij verstalen

Imperfectum

Example imperfectum sentences for Verstalen with some of the pronouns.

  • Ik verstalde
  • Jij verstalde
  • Hij/Zij/Het verstalde
  • Wij/U verstalden
  • Zij verstalden

Perfectum

Example perfectum sentences for Verstalen with some of the pronouns.

  • Ik heb verstald
  • Jij hebt verstald
  • Hij/Zij/Het heeft verstald
  • Wij/U hebben verstald
  • Zij hebben verstald