verstoffelijken
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | verstoffelijk | verstoffelijkte | heb verstoffelijkt |
jij, je, u | verstoffelijkt | verstoffelijkte | hebt verstoffelijkt |
hij, zij, het | verstoffelijkt | verstoffelijkte | heeft verstoffelijkt |
wij | verstoffelijken | verstoffelijkten | hebben verstoffelijkt |
jullie | verstoffelijken | verstoffelijkten | hebben verstoffelijkt |
zij, ze | verstoffelijken | verstoffelijkten | hebben verstoffelijkt |
PresensBeta
Example presens sentences for Verstoffelijken with some of the pronouns.
- Ik verstoffelijk
- Jij verstoffelijkt
- Hij/Zij/Het verstoffelijkt
- Wij verstoffelijken
- Jullie verstoffelijken
- Zij verstoffelijken
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Verstoffelijken with some of the pronouns.
- Ik verstoffelijkte
- Jij verstoffelijkte
- Hij/Zij/Het verstoffelijkte
- Wij verstoffelijkten
- Jullie verstoffelijkten
- Zij verstoffelijkten
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Verstoffelijken with some of the pronouns.
- Ik heb verstoffelijkt
- Jij hebt verstoffelijkt
- Hij/Zij/Het heeft verstoffelijkt
- Wij hebben verstoffelijkt
- Jullie hebben verstoffelijkt
- Zij hebben verstoffelijkt