verstuwen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | verstuw | verstuwde | heb verstuwd |
jij, je, u | verstuwt | verstuwde | hebt verstuwd |
hij, zij, het | verstuwt | verstuwde | heeft verstuwd |
wij | verstuwen | verstuwden | hebben verstuwd |
jullie | verstuwen | verstuwden | hebben verstuwd |
zij, ze | verstuwen | verstuwden | hebben verstuwd |
PresensBeta
Example presens sentences for Verstuwen with some of the pronouns.
- Ik verstuw mijn bagage in de kofferbak.
- Jij verstuuwt regelmatig pakketten naar het buitenland.
- Hij/zij/het verstuuwt de goederen naar de juiste bestemming.
- Wij verstuwen de dozen zorgvuldig om beschadiging te voorkomen.
- Jullie verstuwen de vracht met behulp van een heftruck.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Verstuwen with some of the pronouns.
- Vroeger verstuwde ik mijn bagage altijd zelf.
- Toen verstuuwden we regelmatig pakketten met de fiets.
- Hij/zij/het verstuwde de goederen met de hand.
- Vroeger verstuwden wij de dozen zonder hulp van machines.
- Jullie verstuwden vroeger de vracht met de handkar.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Verstuwen with some of the pronouns.
- Ik heb mijn bagage in de kofferbak verstuwd.
- Jij hebt regelmatig pakketten naar het buitenland verstuwd.
- Hij/zij/het heeft de goederen naar de juiste bestemming verstuwd.
- Wij hebben de dozen zorgvuldig verstuwd om beschadiging te voorkomen.
- Jullie hebben de vracht met behulp van een heftruck verstuwd.