vexeren

Conjugations List of Vexeren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikvexeervexeerdeheb gevexeerd
jij, je, uvexeertvexeerdehebt gevexeerd
hij, zij, hetvexeertvexeerdeheeft gevexeerd
wijvexerenvexeerdenhebben gevexeerd
jullievexerenvexeerdenhebben gevexeerd
zij, zevexerenvexeerdenhebben gevexeerd

Presens

Example presens sentences for Vexeren with some of the pronouns.

  • Ik vexeert
  • Jij vexeer
  • Hij/Zij/Het vexeert
  • Wij vexeeren
  • Jullie vexeren
  • Zij vexeeren

Imperfectum

Example imperfectum sentences for Vexeren with some of the pronouns.

  • Ik vexeerde
  • Jij vexeerde
  • Hij/Zij/Het vexeerde
  • Wij vexeerden
  • Jullie vexeerden
  • Zij vexeerden

Perfectum

Example perfectum sentences for Vexeren with some of the pronouns.

  • Ik heb gevexeerd
  • Jij hebt gevexeerd
  • Hij/Zij/Het heeft gevexeerd
  • Wij hebben gevexeerd
  • Jullie hebben gevexeerd
  • Zij hebben gevexeerd